maandag 26 juli 2010

Het fenomeen Mart Smeets

Mart Smeets, wie kent hem niet. You either love him or hate him en ik val in de laatste categorie, kan ik je meedelen. Niet omdat hij mij persoonlijk iets heeft aangedaan, maar gewoon omdat ik het een misselijk mannetje vind. Kan hij natuurlijk niks aan doen, is mijn opvatting van hem als persoon. Zal ook nooit veranderen ben ik bang.

En toch, toch kijk ik tijdens die 3 weken in het jaar dat de Tour de France door Frankrijk en omstreken trekt naar de Avondetappe. Met inderdaad die misselijkmakende Mart Smeets. Want ondanks dat ik niks van die man moet hebben, vind ik zijn tafelgasten veelal wel interessant. Al begrijp ik niet altijd waarom men bij hem aan tafel wil zitten want dat hij denigrerend tegen zijn tafelgasten kan zijn, staat voor mij als een paal boven water. Want het maakt niet uit of je al een keer of 10 de Tour de France hebt uitgereden met een geweldig resultaat, je bent en blijft altijd ondergeschikt aan de machtige Mart.

De machtige Mart, die iedere avond ook nog eens mijn afschuw opwekt vanwege de vele nietszeggende pasteltint overhemden. Met daaronder dan ook weer zo’n saai afgezaagd wit t-shirtje. Enerzijds is dat maar goed ook, want je wilt toch niet denken aan een Mart met een overhemd half open zonder zo’n wit shirtje eronder? Pasteltintoverhemden die menig man misschien wel goed zouden staan, maar Mart niet. Mart is dik, te dik eigenlijk en zo’n pastelletje maakt hem er niet slanker op en zeker niet als het overhemd dan ook nog eens bestaat uit een veelvoud van pastelkleurige vlakken. Geen idee wie de styling doet bij de Avondetappe, maar dat ze de plank volledig misslaan is wel duidelijk. En gelukkig ben ik niet de enige die daar zo over denkt. Via internet (Twitter) zie ik veel berichten vol afschuw voorbij komen over de shirts van Mart. En wat is er nog erger dan een pasteloverhemdje? Een pasteloverhemdje waar je de vouwen nog in ziet zitten. Niet de vouwen van het dragen, maar de vouwen van de verpakking waar dat overhemd ooit in heeft gezeten.

Goddank is de Avondetappe weer afgelopen voor dit jaar en kijk ik alweer vol afgrijzen uit naar het schaatsseizoen, waar Mart ook geregeld de verslaggeving van doet.

vrijdag 23 juli 2010

Lousy housecleaner

Het huishouden doen en ik liggen elkaar niet zo. Waarom? De stofzuiger en ik zijn dan inmiddels wel weer on speaking terms, maar de stoomreiniger, zeem, poetsdoek en Swiffer en ik zijn dat nog allerminst. Om nog maar niet te spreken van de strijkstapel en de wasmand. En zeg nou zelf, met temperaturen als die we de laatste weken hadden wil je toch ook niet schoonmaken? Ik bedoel, wat heeft het voor zin als ik nog natter word van het zweet, dan het huis van de zeepsop.

Maar dat het huis nodig een flinke huishoudelijke beurt nodig heeft, is nog een understatement. Onder andere de vloeren moeten weer gezogen en gedweild worden, de strijkkamer annex logeerkamer moet uitgemest worden, de glazen douchedeur moet hoognodig ontkalkt worden want inmiddels het is melkglas geworden in plaats van helder glas en de rest van het huis moet opgeruimd worden. Ik heb nog getracht hulptroepen in te schakelen, maar zelfs poetsfanaat @Francine1980 was er niet voor te porren. Een beetje teleurstellend, dat wel. Maar onverwacht? Nee, dat absoluut niet. Ik zou het immers ook nooit bij een ander gaan doen. Better yet, doe het bij mezelf thuis al niet graag.

Maar hoe komt dat toch dat de ene vrouw (of man, van die discussie wil ik dan af zijn) het wel kan opbrengen om minstens 3x per week de vloer te dweilen, maar ik eens per half jaar al een crime vind? Maakt dat mij lui? Nee, dat is niet de juiste vraagstelling, want ja, ik weet het, ik kan best lui zijn. Maar heeft de desinteresse voor het huishouden nou echt met mijn luiheid te maken? Nee, dat denk ik niet. Ik vind het huishouden doen gewoon niet leuk. Punt uit. Klaar. Einde discussie. Ik k er niets aan doen, maar ik heb de schoonmaakgenen van mijn moeder nu eenmaal niet overgenomen. Die is ook niet vies van iedere week een flinke schoonmaakbeurt of twee.

Ben ik per definitie dan een slechte moeder omdat ik mijn kind laat opgroeien in een huis wat niet glimt van de sop? Nee, dat lijkt mij niet. Toch? Ben ik per definitie een slechte echtgenote omdat ik er niet voor zorg dat het huis glimt als manlief thuis komt uit het werk? Nee, ook dat lijkt mij niet. Maar wat ben ik dan wel? Nou in elk geval een lousy housecleaner, that’s for sure

Een heerlijk welverdiend relaxdagje

Gisteren was het zover: Wellnessresort De Veluwse Bron waar vriendinnetje C. en ik van een welverdiende relaxdag gingen genieten. Je kent het wel, zo'n dagje waarin je heerlijk met elkaar kunt bijkletsen over van alles en nog wat zonder dat de mannen erbij zijn. Zo'n dagje waarbij je ongegeneerd wordt aangestaard door mede bezoekers. Zo'n dagje waarbij je zelfs in de stilte sauna je waffel geen seconde dicht kunt houden. En vooral een dagje waarbij alle laatste roddels de revue passeren en je heerlijk over alles en iedereen kunt gaan klagen. Nou zo'n dagje hadden C. en ik gisteren dus. C. kwam me al vroeg halen in haar heerlijke bolide. Scheurend over de snelweg als twee Gooise dames inclusief grote zonnebril in haar zilveren Mercedes cabrio. Da’s toch wel even ander koek dan het Peugeot 206je dat ik gewend ben. Ik voel me dus meteen uitermate belangrijk als ik daar met open dak en wind in de haren langs het overige verkeer vlieg. Heerlijk keuvelend over luchtige zaken, maar ook over de serieuze dingen des levens en de obstakels die in het leven op ons pad komen en zijn gekomen.

We genieten de gehele dag van heerlijke warmte in zowel de tuin van het centrum, als van de sauna’s, hammambehandeling, opgietrituelen en stoombaden. Vriendin C. is nog het meest lyrisch over het zwembad met onderwatergeluid. Nee, niet het geluid alsof je onder water bent, maar gewoon echte muziek die alleen onder water te horen is. Hoe gaaf is dat?

Als we op het terras heerlijk zitten te keuvelen, hoor ik een vrouw achter ons aan de serveerster vragen of die ene knappe donkere jongen nog in de keuken werkt. Het meisje haalt haar wenkbrauw op en vraagt over wie ze het heeft. “Nou Dion. Hij heeft donker haar, is knap en niet zo heel groot”, antwoordt de vrouw weer. “Zeg maar dat zijn nicht er is”, waarbij haar man haar bijvalt met de mededeling dat het zijn tante is en niet zijn nicht. Vriendin C. en ik kijken elkaar lachend aan en ik draai me nog iets meer zodat ik meer van dit gesprek kan volgen. “Ik ben de zus van zijn vader” gaat mevrouw door. De serveerster gaat naar binnen en komt even later weer terug. “Dion zei u toch? Die werkt hier niet. Weet u zijn achternaam?” Waarop de vrouw een voor mij onverstaanbare achternaam brabbelt en waarop de serveerster meteen reageert “Oh u bedoelt Niels. Ja, die werkt hier” en ze loopt weer naar binnen. C. en ik moeten nog harder proberen ons lach in te houden want het enkele feit dat je niet weet of je zijn nicht of zijn tante bent, is al hilarisch te noemen, maar dat je ook zijn naam niet weet, is nog lachwekkender. Ik hoor de man en vrouw achter ons praten en mijn blik gaat naar de entree van het gebouw. Daar zie ik de serveerster met een man staan praten en wijst richting het echtpaar. Zij hebben het niet door, maar ik wel. Hij tuurt naar het stel en haalt zijn schouders op en loopt weer naar binnen. C. en ik moeten nu echt ons gezicht in de plooi trekken. De neef van het echtpaar komt ook niet meer naar buiten en na een minuut of 10 staat het echtpaar op en loopt weg. Nu kunnen C. en ik pas echt voluit in lachen uitbarsten …

vrijdag 18 juni 2010

Verloren gegane of gewaande merknamen

Soms denk je terug aan de jaren die voor je liggen. Automatisch komen dan herinneringen boven van merken die je tegenwoordig niet of nauwelijks meer ziet.

Zijn ze helemaal verdwenen, van naam veranderd of gewoon uit de Nederlandse markt verdwenen?

Wie kent ze nog, de merknamen die met de jaren veranderden?

Treets --> M&M's
Chocoladepinda's in een geel zakje
Raider --> Twix
Jif --> Cif
Sporthuis Centrum --> Centerparcs.
Dit is een van die dingen die ik nog steeds bij de oude naam benoem, tot grote ergernis van mijn omgeving (generatiekloof???)
Ben --> T-Mobile, waarna Ben recentelijk afzonderlijk van T-Mobile weer in het straatbeeld verscheen
Ook Orange werd --> T-Mobile
Libertel --> Vodafone
En om toch maar in de sfeer van mobiele telefoonaanbieders te blijven, wat is er met Dutchtone gebeurd?
En wat te denken van de recente uitspraakverandering van Dr Oetker in "Dr Utker". Deze vind ik overigens volledig overbodig, but hey, who am I to judge that?!

Dan heb je ook nog van die merken waarvan ik niet weet of die zijn overgegaan of geheel zijn verdwenen. Want wat is er gebeurd met:
BenBits De kauwgommetjes die individueel in een apart papiertje in het pakje verpakt zaten. Ze waren een beetje beige van kleur, niet wit zoals de meeste kauwgoms.
De Speelboom Ooit een grote speelgoedwinkelketen.
Van Gend & Loos Wie kent ze niet?
Rovato (elektrische apparatenwinkel)
Rang
Tjolk

Veel supermarktketens zijn gefuseerd of over de kop gegaan of - in elk geval in onze regio - uit het straatbeeld verdwenen:

Vendex
Profimarkt
Jac Hermans
Konmar


Weten jullie er nog een paar om mijn jeugdsentiment te verhogen??! Ik ben benieuwd.

Zomaar een donderdagavond in Den Haag Zuidwest

Zomaar een huis in Den Haag Zuidwest in zomaar een straat in een krachtwijk. Zomaar een donderdagavond waarbij het tijd is om het grofvuil buiten te zetten. Zomaar een schuurtje dat ontdaan wordt van zomaar wat onnodige spullen. Houten terrastegels worden vanuit de achtertuin naar de straat gebracht. Een nieuwe lading volgt: een kunststof workmate en een kunststof voetenbankje worden erbij gezet. Dan volgt er weer een lading: nog wat houten schuttingdelen worden bij de andere spullen gezet. Het kunststof voetenbankje en de workmate zijn inmiddels verdwenen. Een man kijkt om zich heen, maar ziet niemand. Waar is het gebleven? Er is in de tussentijd geen busje gestopt waar de spullen bij zijn ingeladen. De man loopt weer terug naar de tuin om nog wat spullen te halen waaronder een metalen toiletaccessoiresrek. Bij de volgende loopsessie naar de hoek van de straat blijkt ook het metalen rek weg te zijn. De man krabt zich nog eens achter de oren en vertelt zijn vrouw van de wonderbaarlijke verdwijning van hun afval. Een buurman helpt ook nog mee wat spullen buiten te zetten, terwijl hij ook nog wat eigen grofvuil buiten zet. Maar ook deze spullen zijn snel verdwenen. De vrouw kijkt door het raam en ziet dan een deur aan de overkant open gaan. Een man komt naar buiten en haalt het zojuist daar neergelegde fietsstoeltje weg en loopt er weer mee naar binnen. Dan gaat de telefoon. De moeder van de vrouw belt om te melden dat de kunststof workmate bij de overburen in huis staat. De vrouw grinnikt en samen met de man lachen ze erom. Zomaar een donderdagavond in Den Haag Zuidwest, zomaar een straat in een krachtwijk. Zomaar een groep Poolse arbeiders die zomaar wat spullen kunnen gebruiken. En wij, wij zijn blij dat wij in elk geval van onze lading grofvuil af zijn gekomen. Zomaar wat oude spullen die zomaar een tweede leven gekregen hebben.

donderdag 27 mei 2010

Drill instructor

Het moest er eens van komen, dat weet ik ook wel, maar of dit nou het juiste moment is? Natuurlijk is dit het juiste moment want als ik het nu niet doe, doe ik het nooit. Ik hoor je denken: Get to the point Mar, waar heb je het over. Ik heb me in een idiote bui vorige week op zomaar een door de weekse avond via internet opgegeven voor een Personal Fit Programma. Met een druk op de knop heb ik me aangemeld. Van het moment dat ik op Enter drukte, was er geen weg meer terug. Dag erna zaten de formulieren al in mijn mailbox en weer een paar dagen later was de afspraak gemaakt.

Vandaag was de dag des oordeels. Ik had mijn eerste afspraak: intake en fit test. Nou ik kan je vertellen dat het een hel was. Het begon goed. De drill instructor – al vindt hij zelf dat ik hem niet zo moet noemen want zo streng zou hij niet zijn – blijkt een spontane spierbundel te zijn. Blij dat ik hem dus wel meteen aardig vond. Stel je voor dat het iemand is die je absoluut niet mag, dan is de motivatie natuurlijk tot een minimum beperkt. Mijn fit geschiedenis werd onder de loep genomen, maar gezien het feit dat ik zo lui als een varken ben, heb ik een hele korte sportieve geschiedenis dus daar waren we snel doorheen. Toen werd ik gemeten en gewogen en believe me, that isn’t a pretty thing als je al die veel te hoge getallen op papier ziet verschijnen. Ik heb nog even getracht te smokkelen door mijn adem in te houden, maar helaas Mr. Drill Instructor trapte er niet in. Daarna naar een van de leszalen. Daar moest ik allerlei tests doorstaan. De buikspiertest liep op niks uit. Hij heeft hard zitten lachen, ik lachte mee, maar dan wel als een boer met kiespijn. Buikspieren moeten bij mij nog geboren worden. Die zijn echt nonexistent. Evenals mijn conditie trouwens. Die is er ook niet. Gelukkig waren er ook wat lichtpuntjes tijdens de test. Mijn lenigheid bleek namelijk erg goed te zijn (alsof dat ook echt nodig is voor een goede conditie en goed figuur :( ) en ik ben blijkbaar erg goed in het in balans blijven op een soort van balanceboard. Maar dat is dan ook het enige. Morgen krijg ik mijn fitleeftijd doorgestuurd en zullen alle punten uit de test beoordeeld worden met een :) of een :( . En je kunt van mij aannemen dat minstens 90% van die uitslagen op een :( staat.

Hieruit blijkt wel dat het misschien, ondanks dat ik me kapot schaam voor mijn slechte conditie, toch verstandig is geweest om me op te geven. Ik MOET nu 3x in de week gaan sporten en mijn fitness schema door ploegen. Alle punten waarop ik slecht scoorde tijdens de fit test, worden dan getraind. Ik geloof dat ik iedere spiergroep dus wel moet gaan trainen. Ik mag het schema zelf 2x in de week in mijn eentje doorlopen en 1x in de week neemt de Drill Instructor me onder handen. In juni komt er ook een voedingsadvies voor mij persoonlijk online en moet ik ga bijhouden wat ik eet. Gisteren dus nog maar even snel langs de snackbar gegaan.

Ik ben uiteraard morgen zeer benieuwd naar de officiële uitslagen en over 5 weken, als het programma ten einde loopt, benieuwd of ik grote vooruitgang geboekt heb. En nog belangrijker, of ik sporten eindelijk zo leuk ga vinden, dat ik gewoon na het programma blijf trainen … but I doubt it. Dan moet er wel heel veel gaan veranderen in de komende 5 weken. Ik ken mezelf en ik kan er helaas bar weinig aan veranderen, ik ben lui en niet voor sporten in de wieg gelegd. Maar wie weet, heeft Mr Drill Instructor zo’n goede invloed op me, dat ik over 5 weken wel anders piep.

woensdag 12 mei 2010

Bevolkingsonderzoek RIVM

Voor sommige vrouwen is het even schrikken. Geheel onverwacht ligt er een oproep van het RIVM in de bus voor het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker. Dit onderzoek dat sinds 1976 bestaat wordt door de overheid gratis aangeboden. Zo kan iedere vrouw tussen de 30 en 60 jaar die dat wil, zich laten onderzoeken. Vrouwen tussen de 30 en 60 jaar ontvangen iedere 5 jaar een uitnodiging. Elk jaar worden ongeveer 800.000 vrouwen uitgenodigd voor het bevolkingsonderzoek. Slechts circa 66% van deze vrouwen doet mee met het onderzoek.

Waarom doen veel vrouwen toch niet mee met het onderzoek? In mijn omgeving hoor ik veel signalen van vrouwen die zich niet willen laten onderzoeken omdat ze het 'eng' vinden. Maar wat houdt het onderzoek nou helemaal in? De huisarts of de assistente maakt het uitstrijkje dat in een laboratorium wordt beoordeeld. Binnen een week of 2 heb je dan de uitslag. Wat is hier nu 'eng' aan, vraag ik mij af. En weegt de opsporing van (een voorstadium) van baarmoederhalskanker niet op tegen die 'angst'? Ik hoor veel vrouwen tegen elkaar roepen "Ik doe niet mee hoor, ik laat me niet in mijn doos kijken", maar dat in je doos laten kijken, kan wel uiteindelijk je leven redden. Ik snap dus niet waarom het percentage dat het bevolkingsonderzoek daadwerkelijk doet, slechts op 66% blijft steken.

Uit eigen ervaring weet ik hoe belangrijk goede controle is. In 2003 heb ik mijn eerste uitnodiging gehad en heb zonder te twijfelen het uitstrijkje laten maken. Tuurlijk is het een beetje vreemd om wijdbeens bij de huisarts te gaan liggen, maar kom op zeg, die man doet niet anders. Die kijkt heus niet gek op van jouw private parts. Zo bijzonder zijn die nou ook weer niet, toch? De uitslag was goed. Alles was in orde. Anders was het in 2008. Wij gingen trouwen en ik kreeg de oproep rond die tijd. Meteen voor de trouwdatum nog maar even een afspraak gemaakt voor mijn uitstrijkje, het is immers een routineonderzoek. Tijdens onze huwelijksreis werden we opgeschrikt met het bericht dat de uitslag Pap 2 is wat zoveel meer inhoudt als:

Bij een PAP 2 zijn er kleine celafwijkingen te zien. Na 6 maanden dient de uitstrijk herhaald te worden. Indien dezelfde celafwijkingen worden gezien, dient de patiënt te worden doorverwezen naar een gynaecoloog voor colposcopie.

Niets heel ernstigs dus, maar je schrikt toch. Maar tegelijkertijd ben je wel blij dat - mocht het toch niet goed zijn - het al vroegtijdig is opgespoord. Maar ja, dan moet je wel een half jaar wachten voor je een nieuw uitstrijkje kunt laten maken. Bij mij zat er wat minder tijd tussen omdat wij een kinderwens hadden en niet nog 6 maanden wilden wachten voor we wisten of alles echt wel oké was. Dus na 4 maanden weer een uitstrijkje laten maken. Ditmaal was de uitslag nog minder goed: Pap 3a:

PAP 3a spreekt men in de cervix-cytologie van een geringe of matige dysplasie. Hier zijn de kernafwijkingen wat meer pre-existent. Bij een matige dysplasie dient de patiënt meteen naar de gynaecoloog doorverwezen te worden voor colposcopie.

Daar ging ik dus voor mijn colposcopie. Een ingreep die helemaal niets om het lijf had. Zie ook: colposcopie Er werd een biopt genomen van wat cellen die een afwijking vertoonden en binnen 15 minuutjes stond ik weer buiten. De uitslag was een Cin 1, wat zoveel meer inhoudt als dat het geen kanker is. Opluchting alom.

Na de geboorte van onze dochter Eliza heb ik meteen weer een uitstrijkje laten maken. De uitslag was ditmaal Pap 3b

PAP 3b is een ernstige dysplasie en er dient een colposcopie gemaakt te worden

Dus wederom een colposcopie gemaakt, maar ditmaal geen biopt genomen. De gynaecoloog vond dit niet nodig en verwees me naar een volgend uitstrijkje zes maanden later.

Die zes maanden later was 3 weken geleden. Over een week krijg ik daar de uitslag van.

Natuurlijk is dit alles best een beetje 'eng', maar dan heb ik het over de uitslagen en niet over de uitstrijkjes an sich. Zeker de eerste keer toen ik me nog helemaal niet verdiept had in het fenomeen Pap uitslagen. En tuurlijk ben ook ik een beetje zenuwachtig voor de uitslag. Maar ik weet wel dat ik zo ontzettend blij en dankbaar ben dat er het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker is. Ik heb liever 10x teveel een uitstrijkje laten maken dan dat ik dat niet doe en na jaren blijkt dat ik baarmoederhalskanker heb. Ik bedoel, je wilt toch liever preventief bezig zijn dan als een mak lammetje naar de slachtbank gaan als het te laat is?

Ik raad alle vrouwen in de bewuste leeftijdscategorie dan ook aan om in godsnaam die oproep van het RIVM niet te negeren. Hoezeer je er misschien ook tegenop ziet. Die eerste keer is misschien wat vreemd, maar nogmaals, het kan je leven daadwerkelijk redden.

NB: voor de trouwe lezers, ik heb al eerder over dit onderwerp geblogt. Als je het wilt nalezen, kan dat hier en hier

vrijdag 9 april 2010

Zelfdiscipline, of juist het gebrek daaraan

Lijnen, diëten, afslanken, afvallen.

Het maakt niet uit hoe ik het beestje bij zijn naam noem, ik kan het gewoon niet. Hoe graag ik het ook wil, het zit er gewoon niet meer in. Wat let, het zat er al nooit in. Ik heb nooit die zelfdiscipline gehad om een dieet vol te houden (op de Herbalife lijnpogingen na, maar ja, toen MOEST ik wel in die mooie trouwjurk passen). Nooit de zelfdiscipline gehad om mezelf voor langere periodes achter elkaar naar de sportschool te sleuren.

Zelfdiscipline of juist het gebrek daaraan, is het genetisch bepaald? Staat mijn kind ook zo’n leven te wachten? Ik hoop het toch niet want ik wil toch echt voor eens en voor altijd dat patroon doorbreken.

Een blik in de spiegel zegt genoeg. Bijna negen maanden na de bevalling is die buik nog steeds stukken groter dan 9 maanden voor de bevalling. De heupen hebben meer weg van een slagschip dan van iets vrouwelijks. Ik moet gewoon die knop in mijn kop omzetten en snacks en snoep laten staan. Gewoon gezond eten en veel sporten. Met name buikspieroefeningen. Ik ben jaloers op al die vriendinnen die wel een strakke buik hebben na de zwangerschap. Of die dames die ook nog eens tig jaar ouder zijn dan ik en nog steeds strak in het velletje zitten.

Nu de temperatuur iets begint te stijgen, de zon wat vaker doorbreekt, weet ik ook wel dat het nodig is om te gaan sporten. Of in ieder geval om iets aan dat lichamelijk verval te gaan doen. Maar hoe ga ik dat aanpakken? Zomaar van het ene op het andere moment met iets beginnen, is voor mij geen optie. Dat hou ik dan hooguit 2 dagen vol. Ik moet een plan de campagne hebben, maar ja, hoe pak ik dat aan?

donderdag 8 april 2010

Hoort dit niet gewoon bij de natuur? Ik vind van wel.


Soms kom je van die acties tegen, die je eerst een goed initiatief vindt en je later toch tegenstaan. Zo ook het verplaatsen van een populatie ganzen bij ons in de buurt.

Al sinds jaar en dag huisvesten het grasveld en de sloot op de hoek van Melis Stokelaan en de Dedemsvaartweg een groep ganzen. In de loop der jaren is de populatie gegroeid. Wat uiteraard wat overlast met zich mee is gaan brengen. Het trottoir en de grasveldjes liggen bezaaid met ganzenuitwerpselen en bij het krieken van de dag laten de ganzen zich overduidelijk horen. Maar is dit ook echt overlast, kun je je afvragen. Hoort dit niet gewoon bij de natuur? Ik vind van wel.

De ganzen leven al jaren het hele jaar door op dezelfde plaats. In de winter schuilen ze nog wel eens op het parkeerterrein van het aangrenzend flatgebouw. Soms steken ze de straat over om vervolgens aan het eind van de dag weer terug naar hun vaste stek te gaan. En soms, hoe zielig het ook is, sneuvelt er een doordat het dier wordt aangereden door een auto. Maar ook in dit geval, hoort dit niet een beetje bij de natuur? Ik vind van wel. Er is een tijd van komen en er is helaas ook een tijd van gaan.

Blijkbaar is er toch veel geklaagd over de ganzen. Of het nou de bewoners zijn geweest of derden, dat is niet helemaal duidelijk. Wel is duidelijk dat de Gemeente Den Haag opdracht heeft gegeven tot het ‘verplaatsen’ van de ganzen. Vandaag was die dag.

Met verbazing en ook de nodige woede heb ik staan kijken hoe op het parkeerterrein van het flatgebouw een provisorische kooi werd gebouwd. De ganzen wisten nog van niets. Die zaten heerlijk van de voorjaarszon te genieten op het grasveld tussen twee sloten in. Deden niemand iets kwaad. Deden gewoon hun eigen ding: beetje zwemmen, beetje ‘praten’ met elkaar en eieren uitbroeden. Hoewel ik in eerste instantie wel begreep dat het verkeer een probleem voor de ganzen zou zijn en dat verplaatsing misschien zo’n gek idee nog niet was, vroeg ik me toch af of het nou echt zo slecht voor de ganzen zou zijn om daar te blijven. Toen ik de aanwezige pers rond zag lopen en de Ganzenvanger zo bezig zag, vroeg ik me af of het belang van de ganzen hier wel echt voorop stond. En nou ben ik uiteraard geen ganzenkenner, dat deze hele actie zielig voor de ganzen was, staat als een paal boven water.

De ganzen werden eerst opgejaagd door een dame die naar ze toe kwam rennen zodat ze het water in zouden vluchten. Deze heksenjacht vond ik vreselijk om te zien, want wat is er nou diervriendelijk aan een populatie van tussen de 15 en 20 ganzen opjagen. De ganzen slaakten luide kreten en doken het water in. Behalve één, deze gans – voor het gemak ga ik er maar vanuit dat het een vrouwtje was, maar het had net zo goed een mannetje kunnen zijn – bleef bij haar nest. En terecht. Ik zou mij ook niet bij mijn eieren laten wegjagen als ik haar was. Ze klapperde woest met haar vleugels en maakte hapbewegingen naar de opruiende dame. Zelfs een stok weerhield de gans niet om van haar nest te worden verdreven. Terwijl de gans op haar nest bleef zitten, werden de andere ganzen het water uit gejaagd en zo naar desnel opgebouwde kooi gejaagd. Terwijl deze ganzen daarin opgesloten zaten, ben ik naar de gans op het nest gelopen. Ze lag stil bovenop haar eieren. Eerst dacht ik dat ze de aanval met de stok niet overleefd had, maar ze bewoog wel en leefde gelukkig dus nog. Toen de Ganzenvanger ook naar de gans toe kwam en er - in mijn ogen – hardhandig op dook, moest ik mijn blik afweren. Ijzingwekkende geluiden werden door de gans gemaakt en tranen stonden in mijn ogen. Ik begreep helemaal hoe de gans haar ‘jongen’ wilde beschermen. Ik zou er ook alles aan doen als iemand aan mijn kleine meisje zou komen. De gans werd afgevoerd naar de andere ganzen en ik wierp een snelle blik op het nest. Daarin lagen circa 5 eieren die nu wees geworden waren. De eieren werden overigens later wel door de Ganzenvanger opgehaald, maar dat terzijde. Toen pas bemerkte ik dat er nog één gans in het water zwom, terwijl alle andere gevangen waren. Deze schreeuwde luid. Een geluid wat door merg en been ging. Ik besloot dat het voor mij tijd werd om weg te gaan. Hier kon ik niet tegen.





Hoort dit niet een beetje bij de natuur? Nee absoluut niet. Want in welke natuurlijke omgeving worden dieren vanuit Den Haag naar Drenthe (althans dat is wat ons werd meegedeeld) verhuisd zonder dat ze daar zelf voor kiezen?

donderdag 18 maart 2010

Ik ben het schijtziek

Ziek zijn, niet echt iets voor mij. Alhoewel ik een redelijk lui mens ben (ik kan er echt niets aan doen, ik krijg het niet uit mijn systeem), is het al dan niet door ziekte verplicht op bed liggen niets voor mij. Ik vind het soms best heerlijk om een dagje lekker niets te doen, maar niet als ik me niet lekker voel. En zeer zeker niet nu ik moeder ben. Ziek zijn en moederschap gaan namelijk niet samen. Je kunt niet meer zoals vroeger gewoon lekker thuis uitzieken. Nee, je hebt andere taken in het leven gekregen: je kind verzorgen. En als je kind dan net als jij ook ziek is, dan is het helemaal moeilijk om zelf uit te zieken. Doordat Eliza en ik beiden buikgriep hebben, zijn we al een aantal dagen aan bed gekluisterd. Althans, ik wel. De badkamer is namelijk maar 5 meter van mijn bed af, mocht ik met een noodgang naar het toilet moeten rennen dus dit is de beste ‘locatie’ voor mij om te zijn. Voor Eliza maakt het allemaal niets uit waar ze is. Die kan het toch gewoon allemaal laten lopen in d’r luier en die weet dat mama het wel weer schoon maakt. Maar goed, we liggen nu dus al 3 dagen onafgebroken samen in het grote bed. Ik lig me te vervelen, maar heb ook weer nergens zin in (lees: fut voor). Eliza kruipt gezellig over het bed en slaat wat op de toetsen als ik mijn laptop erbij heb gepakt. We vermaken ons op zich best met zijn tweetjes hoor, maar dat ‘verplichte’ is gewoon niet leuk. En dan heb je ook nog het feit dat je je dus ziek moet melden. Nou heb ik mij in die 14 jaar dat ik hier werk, bijna nooit ziek gemeld, maar nu moet ik wel. Want buikgriep is niet iets waarmee je gezellig op kantoor gaat zitten. Gelukkig is het einde in zicht. Afgezien van het gerommel in mijn buik, is het niet meer nodig om linea recta naar het toilet te rennen. Morgen ga ik dus weer werken. En Eliza? Die gaat maar naar het kinderdagverblijf of naar oma. Ze is gewoon weer vrolijk en heeft nergens last verder van (op 2 vieze luiers na per dag). En bovendien, als ik nog een dagje langer in bed blijf, word ik gek. Nee, ik moet gewoon weer meedoen in het arbeidsproces. Vandaag ga ik proberen toch nog iets anders te doen dan alleen maar op bed liggen. A.s. weekend komen er namelijk 3 Twitter vriendinnen van me (met kids) dus dan moet het huis er wel – althans het gedeelte dat voor bezoek zichtbaar is – tip top uit zien. Niet helemaal zoals ik had gehoopt, want deze week zou ik eindelijk de keuken gaan schilderen nu Johan de gaten in de muren gevuld heeft, maar goed, daar moeten de meiden maar overheen kijken. Ik heb er in elk geval zin in. Dus as from now, jaag ik de ziektekiemen mijn lichaam uit en werk ik aan mijn herstel. Ik ben het namelijk schijtziek (letterlijk en figuurlijk in dit geval).

dinsdag 9 maart 2010

Het Day Zero Project

Deze blog heb ik uit overzichtelijke overwegingen verplaatst naar een aparte Day Zero Project blog. Daar kun je vanaf nu alles lezen over dit project, waarmee ik bezig ben. Ik zal daar regelmatig bijhouden hoever ik gekomen ben met het realiseren van mijn doelen.

zondag 7 maart 2010

Plannen is niet mijn sterkste kant

Je hebt van die dagen, weken, maanden – ja zelfs jaren – dat je werkelijk nergens aan toe komt. Nu geef ik sinds een maand of 8 de schuld aan mijn kleine meisje. Want ja, ‘zij is de oorzaak dat ik het huishouden zo laat versloffen’ en ‘zij houdt me de hele dag bezig’.

Natuurlijk is dat allemaal dik overdreven en is de constatering dat ik het huishouden laat versloffen gelegen in het feit dat ik gewoon ongelooflijk lui ben wat het huishouden betreft (of misschien gewoon wel lui an sich). Sommige mensen vinden het leuk, anderen vinden er helemaal niks aan. En laat ik nou net tot die laatste groep behoren. Volgens mij zijn er maar twee mogelijkheden: love or hate. En dat Eliza me de hele dag bezig houdt, tja, dat ligt ook wel aan mezelf. Ik kan haar natuurlijk gewoon lekker zelf laten spelen, maar deze mama vindt het gewoon veel te leuk om de hele dag naar d’r kleine meisje te kijken.

Feit blijft overigens wel dat ik nergens aan toe kom. Welke smoes ik er ook voor gebruik, ik heb echt te weinig tijd voor alles wat ik wil gaan doen. En ook te weinig tijd voor de dingen die ik eigenlijk niet wil doe, maar wel moet doen. En daar valt het kopje huishouden dan onder andere ook onder.

We zijn ruim een jaar geleden verhuisd. Ik had alles van te voren al in m’n hoofd gepland. Dit zou ons paleisje worden waar we samen aan zouden klussen (lees: klunsen). Maar het liep toch allemaal even anders dan we dachten. Ik raakte namelijk zwanger. Wat uiteraard wel de bedoeling was, maar toch ook weer een beetje verrassend of misschien is ondoordacht een beter woord. Want ik had niet kunnen voorzien dat ik ‘misselijk’ werd van het nieuwe huis door de zwangerschap. Nadat ik een aantal kamers geschilderd had, kon ik niet meer tegen de geur van beton, stof en klusluchtjes. Ik kon niks meer doen dus. Gelukkig heeft de familie ons geholpen met schilderen en klusjes, maar het is toch anders als je het voor jezelf anders had ingepland. Plannen is blijkbaar niet mijn sterkste kant want ook de verhuizing was niet zo heel goed gepland: kerstavond. Ja serieus. Wij zijn de dag voor kerst verhuisd en ik dus als een gek de broodnodige spullen inruimen en de rest in een kamertje op de bovenste verdieping gestald, zodat we toch nog met de hele familie kerst bij ons konden vieren. Wat dus inhield dat de dozen een hele tijd in die kamer boven gestaan hebben. Hebben ja, want inmiddels zijn de dozen verdwenen … maar de inhoud niet. Die staat nog steeds opgestapeld en uitgestald in dat kamertje. Dat kamertje wat eigenlijk mijn kantoortje en Johan’s studeerkamer zou moeten worden. De meubels staan er wel, zo ver zijn we dan weer wel. Maar het uitruimen van die kamer kost gewoon ontzettend veel tijd. Ook omdat er allemaal spulletjes liggen die emotionele waarde hebben en als je dat dan gaat uitzoeken, blijf je toch wat langer bij de herinneringen hangen en komt er van opruimen niet echt veel terecht.

Ik heb wel voor mezelf een doel gesteld: eind maart moet die kamer min of meer opgeruimd zijn en anders lazer ik alles – emotionele waarde of niet – in een vuilniszak en gaat het linea recta de rolcontainer in. Of dat ook daadwerkelijk gaat gebeuren, is een tweede. Maar het voornemen is er in elk geval. Ik hou jullie dus op de hoogte ;-)

vrijdag 5 maart 2010

Het Hema-hormoon heeft er concurrentie bij

"Het speciale Hema-hormoon" noemde Aaf Brandt Corstius het al eens in haar column in de NRC Next en meteen kwam bij mij de herkenning. Ben je zwanger of net bevallen, de Hema trekt je gewoon naar zich toe. Geen Hema kan ik voorbij lopen zonder even bij die heerlijk voordelige, maar oh zo snoezige kinderkleertje te kijken. En wat te denken van al die andere babyproducten die ze verkopen. Schattige ledikantlakentjes, dekentjes, kruikzakken en wat dies meer zij. Ik kan er niets aan doen. Ik MOET gewoon iets kopen.

Maar sinds kort is er naast dat Hema-hormoon bij mij ook een nieuw hormoon aangemaakt: het onvervalste blauw gele Ikea-hormoon. Ja het Hema-hormoon heeft concurrentie gekregen. Want Ikea heeft niet alleen bouwpakketmeubels voor een gezellig avondje knutselen in huis (wat overigens 9 van de 10 keer op ruzie met de wederhelft uitloopt, maar dat terzijde), maar ook erg leuke baby-/kinderspullen. En laat ik daar nou net ook zo ongelooflijk gevoelig voor zijn. Kant en klare lakentjes, dekbedjes, spuugdoekjes, you name it. Ze hebben het. Maar ook ontzettend schattige kleurrijke lappen stof. Ondanks dat de naaimachine en ik nog steeds geen dikke vrienden zijn, jeuken mijn handen als ik die leuke stoffen zie. Als visioenen zie ik de mooiste creaties die ik daar van kan maken voor mijn kleine meisje. Ware het niet dat mijn naaikunsten niet om naar huis te schrijven zijn en mijn moeder maakt me daar maar al te graag op attent. Poef, weg is dat visioen, weg is die droom. Mijn moeder prikt hem met alle liefde voor me door en zet die roze bril van mijn hoofd af. Van je familie moet je het maar hebben. Dan maar geen stoffen kopen. Dan maar het restaurant in vluchten voor de traditionele Ikea Zweedse gehakballetjes. Ook geen straf overigens.

maandag 1 februari 2010

Story of my life

Wat gaan de dagen, weken en maanden toch snel. In oktober blogde ik nog met euforie dat ik (weer) een nieuwe start ging maken met mn blog en nu, bijna 4 maanden later, is er van dat hele voornemen nog geen barst terecht gekomen. Story of my life. Voornemens kom ik toch nooit na. Ik weet het, ik ben gewoon zwak; mis een stukje zelfdiscipline. Maar ja, that's the way I am. Take it or leave it. Ik ga nu dus ook geen voornemens maken over dat ik 'wel weer wat vaker ga bloggen' want dan komt er toch niks van terecht. We zien wel wanneer er weer wat uit mijn vingers komt. Of nog beter, wanneer er iets uit mijn hoofd komt, want daar komt het allemaal toch vandaan, mn hoofd. En momenteel zit mijn hoofd vol ideetje, maar ja, die ideetjes moeten dan weer wel in goed contact met mijn vingers staan, die dan weer in goed contact met mijn laptop moeten staan en die weer met tijd. Kortom, mijn schrijffrequentie is hopeloos afhankelijk van een groot aantal deelnemers.

Onlangs schoonde ik mijn oude laptop nog eens op en begon ik mn oude blogs weer te lezen. Met plezier. Of een ander er ook plezier aan beleeft, dat weet ik niet, maar ik genoot in elk geval van mijn eigen hersenspinsels. Vandaar dus ook dit voornemen (herstel: ik zou het geen voornemen noemen) om toch weer eens wat op papier / op het scherm te zetten. Dus who knows wat er de komende dagen nog gaat volgen.